Mensenofferaars, deel 6e:
Ritueel offeren voor een goede plek in het hiernamaals
Na de dood gaat de ziel op reis naar de onderwereld. Veel van die reis komt ons bekend voor:
je gaat een rivier over, er is een veerboot en een oude veerman met een witte baard en
jouw geheugen wordt gewist. We kennen Charon uit de Griekse mythologie, die zielen over
de rivier de Styx zet. Deze figuur komt volgens sommigen weer uit Egypte. In de Noorse
mythologie zou de veerman een van de verschijningen van Odin zijn. Het Nederlands gebruikt
het woord uitvaart.
Een opmerkelijke oudgermaanse figuur is Kolyo, wat de bedekker betekent, en zij is
de personificatie van het graf, verval en verrotting. Haar voorkant ziet er aantrekkelijk uit,
jong en bijzonder verleidelijk. Maar haar rug is bedekt met slangen, wormen, reptielen,
maden en verrotting.
Het hiernamaals is een wereld
zonder zomer, zonder winter
zonder hitte, zonder koude
zonder lijden, zonder arbeid
zonder honger, zonder dorst
zonder ziekte, ouder worden, of de dood.
Wat er dan wel is, wordt niet zo op ingegaan. In latere teksten, zoals die van de Kelten,
is het hiernamaals meer als een paradijs.
De oudste teksten uit India benadrukken het belang van het op de juiste manier uitvoeren
van offerrituelen na iemands overlijden, omdat die ziel anders niet of niet goed terecht
zou komen in het hiernamaals. Dat is nogal wat. Dit legt een heilige plicht op de
nabestaanden om het juiste te doen. Het is een spirituele verantwoordelijkheid.
Aziatische culturen kennen deze bijzondere nazorg voor de overledenen nog steeds.
De plicht van de familie om de juiste riten uit te voeren en offers te brengen aan
voorouders, wordt uiterst serieus genomen. Niet alleen de Chinezen kennen uitgebreide
rituelen verbonden met voorouderverering.
In zijn boek The Nephilim looked like Clowns legt Paul Stobbs uit dat de
voorouders die overal ter wereld worden vereerd niet de eigen voorouders zijn, maar
de Nefilim, kinderen van gevallen engelen die hebben gepaard met menselijke vrouwen.
Dit is maar den dele waar, want het bijhouden van de eigen stamboom en offeren aan je
eigen directe voorouders en overleden familieleden is normaal in grote delen van
de wereld buiten Europa.
Maar als je dit idee terugvoert naar het alleerste begin van deze rituelen, dan kom
je inderdaad uit bij dezelfde oergodsdienst.
Goed terecht komen na je dood: niet goed maar juist handelen
Een oud verhaal uit Iran zegt dat de duivel een strop legt om de nek van elke overledene
om hem mee te slepen naar zijn hel, maar dat die vanzelf loslaat als een mens goed is,
terwijl de volgers van leugens worden meegesleurd. De Eddas spreken van het God-pad
en het Hel-pad. Zoroastrische teksten uit het oude Perzie zeggen dat goede mensen
over de Brug van Scheiding gaan op weg naar het Beste Bestaan in het Huis van het Lied,
terwijl de leugenaars terecht komen in het Slechtste Bestaan in het Huis van de Leugen.
Plato spreekt over twee paden, een naar het Eiland van de Gezegenden en de andere
naar Tartarus, de onderwereld.
Nou blijkt hier een misverstand te bestaan over wat men een goed mens noemt. In onze
cultuur heerst de overtuiging dat je goed terecht zal komen, als je tijdens je aardse
bestaan een goed mens bent geweest door anderen te helpen. Je hebt je bijdrage geleverd
aan het geheel, je hebt anderen geen kwaad gedaan.
Ook de heidense stamleden spreken van een brug of een splitsing, waarbij goede en
slechte mensen een andere eindbestemming hebben. Maar een slecht mens is iemand die
zijn heilige plicht niet heeft vervuld: hij heeft tijdens zijn leven de offerrituelen
niet juist uitgevoerd. Hij heeft gefaald in het onderhouden van een goede relatie met
de almachtige en wraakzuchtige god. Mensen uit de slavenbevolking, de niet-stamleden,
zijn volgers van leugens, dus die kunnen het allemaal schudden.
Mensenofferaars, 6f
Ritueel offeren als scheppingsdaad: Mithras en de stier
Home
|